Dorpsproat

Zondagmorgen

Zondagmorgen

Elke zondagmorgen moesten we van onze ouders naar de kerk, weer of geen weer. Wij gingen veel liever naar de kantine van de plaatselijke voetbalclub. Op een zondagmorgen in 1964 namen we mokkend en vol ondeugd plaats in de kerkbank met achter ons knielend het vrome heilige “Rozenkransvrouwtje”.

Zondagmorgen Lees verder »

Luttestroat 54

Luttestroat 54

Het ouderlijk huis moet opgeruimd worden alles moet weg. De boerenbont soepborden, de koekoeksklok, het bestek, pa zijn asbakken en zijn altijd lege portemonnee waar al die jaren lang slechts een zwarte gebarsten knoop in woonde.

Luttestroat 54 Lees verder »

Poasvuur

Poasvuur

Koosje durfde de hele wereld in de fik te steken. “Maar dan mot mien va de nie bie ween” Hij zat vol streken , en vol vuur,en met hem viel altijd wat te beleven. Hij was het avontuur waar veel mensen van dromen.

Poasvuur Lees verder »

Konijnenhokken

Konijnenhokken

Zoveel buren die konijnen, vogels , duiven of en honden hadden . Bij Siemerink hadden ze zelfs een aantal goudfazanten. De konijnen werden gefokt en vetgemest om tijdens de feestdagen geslacht te worden.

Konijnenhokken Lees verder »

Vastentied

Vastentied

Na Aswoensdag ging alle snoepgoed in het vastentrommeltje . tot Pasen mocht je geen snoep en Ma was daar heel kordaat in. Lolly’s, Bazooka kauwgum, nogablokken , pepermunt en ook zoethout.

Vastentied Lees verder »

Hart

Hart

Het gedicht ‘Hart’ door Sietse Smit.

Hart Lees verder »

Scroll naar boven
Ga naar de inhoud