“Het is de kers op de taart”. Dat was de eerste reactie van Lossernaar Hanjo Heideman (64) na de bevestiging van de ISU ( Internationale Schaats Unie), dat hij als scheidsrechter mag afreizen naar de Olympische Winterspelen 2022 in Beijing. Daar mag hij het vrouwentoernooi in goede banen leiden.
Mooie bekroning van een indrukwekkende loopbaan.
Hanjo was altijd al een liefhebber van de schaatssport. Als lid van de IJsclub Losser trok hij als recreant regelmatig zijn rondjes en tochtjes op het bevroren water. Lange tijd was hij secretaris van de Lossers ijsclub en begeleider van de jeugd. Maar bij het wedstrijdschaatsen behoren ook juryleden. En zoals zo vaak werd er een beroep gedaan op ouders en begeleiders. In Deventer besloot Hanjo samen met Herman Olde Heuvel, vader van de schaatsbroers Remco en Wouter, en met de moeder van Erben Wennemars een jurycursus te gaan volgen. En al vlot daarna volgden de A- en B-cursussen.
Man van reglementen en wetgeving
Hanjo, in die tijd werkzaam bij de politie, had in zijn beroep al veel te maken met allerlei vormen van regelgeving. Het was dan ook geen verrassing dat hij zich in de rol van jurylid ging verdiepen en zich daarin ontwikkelde. En na nationaal jurylid te zijn geworden werd hij niet veel later gevraagd om als internationaal scheidsrechter te gaan fungeren.
Behoorlijke impact op privéleven
En dat deze functie nogal wat aanpassingen ten gevolge had in zijn werk- en privésfeer moge duidelijk zijn.
Hanjo: “Ja bij de grote wedstrijden over de hele wereld was je soms behoorlijk wat dagen van huis. Gelukkig heb ik dat allemaal thuis en op mijn werk kunnen inpassen, alhoewel de zomervakanties er wel eens bij inschoten”
Wat voor taken heeft een internationale scheidsrechter van de ISU?
Hanjo: “ Een scheidsrechter heeft vele taken, zoals bijvoorbeeld de meeting vooraf met teamleiders, het vaststellen van de lotingen en het samenstellen van startlijsten. Hij bemoeit zich echter niet met een startprocedure, maar wel met de spelregels die juist moeten worden nageleefd. Reglementen maken is niet moeilijk, maar ze toepassen in veel lastiger. Zo blijft het moeilijk om te beoordelen of er bij het wisselen van baan daadwerkelijk hinder voor de ander ontstaat. Gelukkig hebben we tegenwoordig videobeelden om alles nog eens terug te kijken. In tegenstelling tot de VAR bij de voetbalsport geven de videoanalisten geen mening over een situatie. Wel vragen zij aan de scheidsrechter een situatie nog eens te bekijken wanneer er een dubieus voorval heeft plaatsgevonden. Dan is het aan de scheidsrechter om een beslissing te nemen”.
Word je als scheidsrechter net als in de voetbalsport weleens belaagd door coaches of rijders?
Hanjo: “Dat komt in de schaatssport bijna niet voor omdat de acceptatie een stuk groter is dan bij het voetbal. Ik heb dan ook bijna nooit problemen omdat ik strikt ben in het toepassen van de reglementen. Daar dwing je respect mee af en krijg je veel krediet bij de coaches en rijders. Je moet je ook niet verschuilen achter regeltjes. Zo ben ik eens van een strikt tijdschema afgeweken omdat een Duitse schaatsster kort voor de start de veter van haar schaats kapot trok. Dan geef ik haar een paar minuten om het te herstellen. Daar doe ik dan niemand te kort mee, maar je kweekt wel een boel goodwill”.
En dan nu, na 20 jaar jurylid en 8 jaar als scheidsrechter op de A-lijst van de ISU te zijn geweest, komt dan de spreekwoordelijke “kers op de taart” met een aanwijzing als scheidsrechter bij de Olympische Winterspelen in Beijing. Dat Hanjo deze aanstelling heeft gekregen mag worden gezien als een enorm stuk waardering voor zijn onberispelijke staat van dienst.
Afscheid nemen op de Olympische Spelen is dan ook een absoluut hoogtepunt in zijn carrière.
Wanneer is het vertrek naar China?
Hanjo: “Ik vlieg op 28 januari naar Parijs en daarna op 29 januari naar Beijing. Mijn eerste klus is op 4 februari het in goede banen leiden van de 3000 meter voor vrouwen. Ik verheug me enorm op dit grootste evenement in de wereld en ga er ook van genieten. Afscheid nemen op zo’n podium is toch het mooiste dat ik me kon wensen”.