Het gedicht “Tagetes” door Sietse Smit.
Tagetes
Het Arnhemse meisje wilde een negerzoen
Ho ho stop stop zei de Moorkop niet doen
Alle respect en fatsoen is heel ver te zoeken
Zo spraken de Amsterdamse Jodenkoeken
Bij de luchtmacht hadden ze het ook door
Want ze groetten voortdurend de Kletsmajoor
In de tuin geen Afrikaantjes meer maar tagetes
Toch niet te geloven dat dit nu echt waar is
En het dievengilde zo diep beledigd als ’t kan
Doen nu spontaan de lange vingers in de ban
Oom Tom schudt zijn hoofd en zegt oh gut
Wat blijft er over van mijn mooie Negerhut
Sietse Smit