Naar aanleiding van de stalexplosie bij een boerderij in Enter op 29 januari, roept de Omgevingsdienst Twente op om verantwoordelijk en voorzichtig om te gaan met mest in stallen.
Ontvlambare gassen
In volle mestputten kunnen ontvlambare gassen ontstaan, die bij bepaalde omstandigheden een risico vormen voor mens en dier. Bij de stalexplosie, die ontstaan is door laswerkzaamheden in de stal, zijn geen slachtoffers of gewonden gevallen.
Omgevingsdienst Twente voert controles uit
De Omgevingsdienst Twente controleert in opdracht van de Twentse gemeenten bij alle bedrijven in de regio de naleving van gebruiksvoorschriften en vergunningen, zodat iedereen in Twente veilig kan wonen, werken en leven. Bij agrarische bedrijven wordt bijvoorbeeld toezicht gehouden op veiligheid, hygiëne en luchtkwaliteit. De verantwoordelijkheid voor de mestopslag en daarbij het waarborgen van de veiligheid voor dieren en mensen in de stal, ligt bij de agrariër zelf. De stalexplosie van 29 januari in Enter en vorig jaar in Markelo laten zien dat extra voorzichtigheid noodzakelijk is.
Deze oproep is ook gericht aan het ministerie, om bij het bepalen van de veiligheidsregels voor milieuvriendelijke stalvloeren de recente ervaringen die zijn opgedaan bij deze ongelukken serieus te nemen en te betrekken in het beleid.
Tips voor vergroten veiligheid
De Omgevingsdienst Twente wil meer bewustwording creëren over veilige mestopslag, de risico’s hiervan en wat boeren kunnen doen om de veiligheid te vergroten. Zo is het bijvoorbeeld van belang om bedachtzaam om te gaan met vuur, vonken en elektrische apparaten in stallen met mestputten. Ook kunnen mestgassen die vrijkomen uit mestschuim leiden tot bewusteloosheid en mogelijk explosiegevaar. Vooral de komende periode is het voor agrariërs van belang extra alert te zijn, aangezien er vanaf 15 februari weer mest overgepompt en uitgereden mag worden.
Op de website van de Omgevingsdienst Twente (www.odtwente.nl) zijn diverse tips voor het vergroten van de veiligheid in stallen nader toegelicht. Voor vragen kan men ook telefonisch contact opnemen: 0546 – 749 500.