We leven in een tuin en zweven door het heelal. De schoonheid van je tuin hangt er van af op welk deel van de wereld je leeft. De mens maakt de tuin zo die is. Hoe meer respect men voor de mens heeft hoe mooier de tuin is.
Om ons dingen te herinneren, of om iets te leren, hebben we niet voldoende aan ons brein. Ons brein kan het niet aan om alle gegevens die het passeert vast te leggen. Het brein is een databank maar wel een hele kleine. Om door te geven aan het nageslacht hoe je tuin steeds mooier wordt, leggen we dat ergens vast. Data. Data is al zo oud als de mens leeft. De visser betaalde zijn belasting in de vorm van vis. In een nog nat kleitablet werd door de ontvanger een vis getekend zodat hij later kon zien dat de visser zijn belasting had betaald. Haremvrouwen moesten na de menstruatie elke dag een kraal op het telraam verplaatsen zodat de haremopzichter kon zien in welke periode zij het minst vruchtbaar waren. Een kerfstok is oorspronkelijk een stokje waar men met een scherp voorwerp, zoals een mes of een steen, sneetjes in maakte om te kunnen tellen. Die handeling was vergelijkbaar met het hedendaagse turven. Een kerfstok werd voorheen gebruikt in herbergen. Men kon zo op de pof drinken en op het einde van de week betalen. Menigeen herinnert zich het kopen van levensmiddelen bij de plaatselijke kruidenier die alles opschreef in het boekje dat aan het einde van de week afgerekend werd.
Zo ver het oog ziet
Allemaal goed te bevatten manieren van dataopslag. Toen ik in 1947 begon aan het leven in mijn aardige tuintje en te zweven door het heelal, vertrok mijn vader als dienstplichtig soldaat naar Indië. Hij schreef mijn moeder brieven die ze weken later ontving. Ik was drie jaar toen hij terug kwam, zonder ooit contact met hem te hebben gehad via bijvoorbeeld een monitor. We verhuisden toen ik 4 jaar was naar een woning waar we het water uit de put moesten halen. Ik ging één maal per week onder de douche voor een kwartje in de douchehokjes op de Smitsbreeweg waar Fiene Kuiper de scepter zwaaide en op de deur begon te rammelen als je 15 minuten om waren. Ik ging fotograferen en moest een week wachten op het resultaat. Als ik dat aan mijn kleinkinderen vertel kijken ze me aan met grote ogen en denken dat ik uit een andere wereld kom. En dat kom ik ook. In mijn jeugd gebruikte ik mijn wijsvinger om te wijzen of in m’n neus te peuteren. Nu is dat lichaamsdeel veel in gebruik bij alles waar touchscreen op van toepassing is. Het resultaat van deze handeling gaat verder dan het oog ziet. In no time ligt de boodschap van mijn kleinzoon in Verweggistan. En niet alleen daar maar ook in Nogverderweggistan.
Je koelkast belt
In mijn werkzame leven schreef ik rapporten en processen-verbaal met een typemachine. In de jaren 80 deed de computer haar intrede op de werkplek. Knippen en plakken in een handomdraai. Er zat zelfs een woordenboek op. We gingen communiceren via mail. We kregen computerles om te leren nog meer handigheden te gebruiken. We kregen lezingen van experts op het gebied van automatisering. Ze maakten ons bekend hoe je moest laveren op de digitale snelweg. Tijdens zo’n lezing vertelde een docent dat het nog zo ver kwam, dat als we in de supermarkt stonden, je werd gebeld door je koelkast die je dan vertelde dat de melk op was. “Joa joa.” Zei ik als rechtgeaarde Twentenaar. Ik geloofde er geen steek van.
En dan vertelt Jan
Nu zit ik bijna 70 jaar in mijn tuintje en zweef nog steeds met jullie allen door het heelal. Jan Bruggink neemt contact met mij op. Jan doet iets digitaals waar ik maar deels wat van begrijp. Hij zegt: “Sietse, ik zou je wat nieuws willen laten zien op het gebied van automatisering.” Nieuwsgierig maar niet enthousiast ga ik op zijn uitnodiging in, want het is een gezellige prater en de koffie is er goed. Jan laat me dingen zien waarbij hij me uitlegt wat ’t is. “Dit is een computer in de overtreffende trap van klein, kleiner, kleinst. Past met gemak in een luciferdoosje. En dit is een sensor nog kleiner van formaat.” Het boeit me niet. Het zit allemaal in een doorzichtige doos met 36 vakjes. De ene sensor meet de temperatuur en het vochtgehalte, de andere meet trillingen. Nog een andere stelt de coördinaten vast waar ie zich bevindt. En het kost geen drol zegt Jan. Deze doos kost 32 Euro. Nog geen euro per computer of sensor dus. Jan praat over LORA. Dit is een nieuw systeem dat lijkt op Wifi, maar een veel grotere overbrugging heeft. Het heeft een eigen vrij beschikbare frequentie toegewezen gekregen. De regering houdt deze ontwikkelingen nauwgezet in het oog en past de wetgeving hier telkens op aan.
Mooi Jan maar wat kan ik er mee
In de eerste plaats gaat dit werkgelegenheid opleveren. Als dit in de weide wereld van de digibeet en de digiratie bekend wordt, wil iedereen dit hebben. Want je bouwt bijvoorbeeld een computer met sensor voor pak ’m beet 1.80 euro, je plakt die in de zadelpen van je fiets en je weet altijd waar je fiets is. Mag ook in een auto, damestasje of een koffer. Je plaatst er eentje in de voerbak van je kippen en hij waarschuwt je wanneer je bij moet voeren of nog sterker, je maakt een zodanige constructie dat ie zelf bijvoert. Boeren hangen aan elke koe zo’n ding. Ze kunnen thuis dan zien of Anna 203 wel lekker in haar vel zit. Hetzelfde ding stuurt het berichtje over Anna 203 naar de dierenarts die dan hetzelfde ziet en in kan grijpen als Anna 203 een aspirientje nodig is. En door langer gebruik wordt de betrouwbaarheid van de berichtjes steeds beter en signaleert het al vóór dat Anna 203 ziek is zodat preventieve maatregelen kunnen worden genomen. Besparing van kosten en ongemak voor Anna 203.
Andere toepassingen
Je rijdt straks met je auto Amsterdam in. Je geeft aan je navigatiesysteem de opdracht een parkeerplaats te zoeken in een bepaald gebied. Het navigatiesysteem stuurt je naar een plek waar nog precies een auto geparkeerd kan worden tussen twee anderen. Hoe kan dat? Fabrikanten van straatverlichting plaatsen een computer in die lampen. Die computer doet niets anders dan zijn omgeving scannen en geeft dat signaal dan door aan jouw navigatiesysteem. De supermarktbeheerder hoeft zijn kantoor niet meer uit om te zien of een bepaald artikel bijgevuld moet worden. Nee, de computer vertelt dat omdat het schap waarop het artikel staat op een weegschaal staat. Binnenkort slikt u een pil, met daarin een klein laboratorium, die op de juiste plek in uw lichaam de juiste hoeveelheid stof aflevert zonder schade aan andere organen te veroorzaken.
Kennis
Willem Vermeend, onbezoldigde en parttime in functie, is benoemd door de ministers Henk Kamp (Economische Zaken) en Jeroen Dijsselbloem (Financiën). Zijn aanstelling is een reactie op het hoge tempo van ontwikkelingen in de FinTech. Digitalisering in de financiële sector zal naar verwachting de komende jaren een grote impact hebben. De benoeming van de FinTech-afgezant is onderdeel van een verbreding van de vorig jaar januari begonnen Actieagenda Smart Industry. Vermeend maakt al deel uit van de stuurgroep Smart Industry. Hij is daarnaast sinds 2013 bezig met het aanjagen van ICT-projecten in het MKB, waaronder 3D-printen en Big Data. Vermeend is ook hoogleraar Economie 4.0 aan de Open Universiteit en schreef boeken over onder meer Big Data, 3D-printen en het Internet of Things. Hij was staatssecretaris van Financiën van 1994 tot 2000 en daarna nog twee jaar minister van Sociale Zaken. Als je niet alle hier na te noemen kreten weet te duiden, wordt het volgens hem de hoogste tijd om je kennis betreffende de automatisering stevig op te krikken. Internet of Things. 3D printen. Drones. Big data. Kunstmatige intelligentie. Robots. Blokchain. Fotonica. Ik wist er drie.
Hulp
Nu zijn er in Losser verschillende mensen die zich de kennis in en rond de automatisering eigen hebben gemaakt. Eén daarvan is Jan Bruggink, die ik in de aanhef al even noemde. Hij is bereid om mensen die zich verder willen verdiepen in deze materie te helpen. Je kunt contact met hem opnemen en een afspraak maken. Zoals al gezegd, hij is een gezellige prater en de koffie is goed. Na mijn laatste gesprek met Jan over de digitale snelweg zei ik weer: “Joa joa” Maar nu met een andere overtuiging dan toen ze mij jaren geleden vertelden dat de koelkast mij zou gaan bellen. Toen ik thuis kwam zei mijn vrouw dat de koelkast gebeld had.
De leuke fotootjes zijn gemaakt door Karin Van Den Berkel.