Kunst Cultuur Historie

Hij was een smokkelaar

Hij was een smokkelaar

Overdinkel is één van haar mooie attracties verloren. Het Smokkelmuseum is met de brand van de Saksenstal in augustus 2012 geheel verloren gegaan. Om Overdinkel de status van smokkeldorp weer terug te geven hebben de deelnemers van “De Schatkamer van Twente” bedacht om met de opening van het Kulturhus in 2016 hier de nodige aandacht aan te besteden.

Smokkeldorp.

Overdinkel is één van haar mooie attracties verloren. Het Smokkelmuseum is met de brand van de Saksenstal in augustus 2012 geheel verloren gegaan. Om Overdinkel de status van smokkeldorp weer terug te geven hebben de deelnemers van “De Schatkamer van Twente” bedacht om met de opening van het Kulturhus in 2016 hier de nodige aandacht aan te besteden. Ondergetekende is bezig om verhalen van en over smokkelaars aan papier toe te vertrouwen. Mogelijk dat deze verhalen een rol gaan spelen bij de opening van het Kulturhus. Het onderstaande verhaal, dat in 2014 is afgedrukt in een uitgave van de Historisch Kring Losser, “Oet Dorp en Marke.”, zal ook deel uitmaken van de verzamelde verhalen. 

Hij was een smokkelaar.

Hannes Ekkelboom. Geboren te Weststellingwerf op 22 juni 1894. Zoon van een goed opgeleide timmerman verhuisde met zijn familie naar Losser op jonge leeftijd. De verwachting was dat de arbeidsmarkt in Twente beter was. De textielfabrikanten hadden hoogtij. En niet alleen in Twente. Ook aan de overkant van de grens in Gronau en Nordhorn was de textielfabricage een bron van inkomsten.

Hij was een smokkelaar

De woning in Losser werd na twee jaar verruild voor een woning in Overdinkel. Hier trof hij de op 6 september 1892 geboren Lum(Ummigje) Leeuw. Vanwege het gitzwarte haar had ze de bijnaam “Zwarte Lum”. Ze trouwden op 11 april 1917. Vermoedelijk omdat er geen woning voor handen was of gewoon uit avontuur gingen ze in een woonwagen wonen. Hier werd het eerste kind geboren dat echter niet levensvatbaar was. Lum vormde de gedachte dat haar doodgeboren vrucht een straf van hogerhand was. Ze wilde niet langer in een woonwagen verblijven. Ze zijn in een woning aan de Hoofdstraat ,waar nu cafetaria de Boemerang is, gaan wonen.

Hoofdzakelijke bron van inkomsten was het loon dat Hannes verdiende in de textiel. Bovendien hadden ze een klein winkeltje van waaruit groente en levensmiddelen werden verkocht en was Hannes ook nog eens straatmuzikant. De kinderen Rikus, Koopje (Koos of Zus genoemd), Geert en Jaap werden geboren. Inmiddels had een verhuizing plaats gevonden. Het gezin ging wonen aan de Hoofdstraat tegenover de Smederij Schulten.

Hannes had naast de inkomsten uit de textiel, de straatmuziek en het winkeltje een inkomstenbron ontdekt die zeer lucratief was. Weliswaar niet geheel ongevaarlijk, maar och, het werd door zo velen gedaan en het geld was snel verdiend. Het fenomeen smokkelen deed de gemoedsrust van het drukke jonge gezin Ekkelboom geen goed.

Vooral na het uitbreken van de oorlog in 1940 was de spanning, vooral voor moeder Lum, soms niet te dragen. Het hele gezin wist waar pa mee bezig was. 's Nachts werd er geschoten aan de grens. De harten in huize Ekkelboom sloegen menigmaal over en de zenuwen gierden door de kelen van de nog relatief jonge kinderen. Wat een geruststelling dat Pa dan tegen het ochtendgloren weer thuis kwam. 

Hij was een smokkelaarOp vrijdag 13 september 2013 had ik een gesprek met de dan 80 jarige Jaap, de jongste telg uit het gezin van Hannes en Lum Ekkelboom: “Ik kan mij alles nog als de dag van gisteren herinneren.” verhaalt hij. : “Mede door het smokkelen heeft mijn moeder geen rustig leven gehad. Er was altijd spanning. Dat had natuurlijk ook zijn weerslag op ons kinderen. En dat het risico bijzonder groot was mag blijken uit het feit dat pa een keer thuis kwam terwijl zijn kleding doordrenkt was met olie.

Hij smokkelde meestal koffie naar Duitsland en nam die nacht een blik bakolie op zijn rug mee terug. Hij werd door een commies gesommeerd te stoppen. Maar aan dat soort bevelen gaf hij geen gehoor en liep hard weg. Toen is hij beschoten door die commies. De kogels boorden zich door het blik dat pa op zijn rug meedroeg.”

Gelukkig kwam het gezin Ekkelboom met weinig kleerscheuren de oorlog door. In 1945 werd gevierd dat Nederland onder het juk van Duitser uit waren. De twee oudste kinderen waren inmiddels getrouwd en woonden niet meer bij Hannes en Lum. Geert en Jaap waren nog thuis. Het werken in de textiel, de winkel, de straatmuziek en het smokkelen ging echter gewoon door. 

Jaap Ekkelboom vervolgt zijn verhaal: “Ik heb eigenlijk wel een fijne jeugd gehad. In de oorlog hoefde ik maar sporadisch naar school. Ik was altijd in het dorp onderweg. Dan bij de soldaten, waar we chocola en sigaretten van kregen en dan weer met mijn vrienden op pad. Maar op 27 juli 1947 kregen wij het trieste bericht dat pa aangeschoten was door een commies. Later hoorde ik dat pa op pad was geweest met een maat om te smokkelen. Op de terugweg liepen ze over een akker waarop korenschoven stonden. Plotseling kwamen er twee commiezen uit de korenschoven en riepen: “Commiezen, halt of ik schiet.”

Zoals al eerder gezegd deden de smokkelaars hier niets op uit en zetten het op een lopen richting Tiekenveenweg. Hierna werd door één van de commiezen een schot gelost. Pa kreeg een kogel in de zijkant van zijn buik en die verdween uit zijn lichaam aan de andere kant. De versie van de commies, zo hoorde ik later, was dat hij had gericht op de benen van mijn pa, maar dat pa zich op het moment dat hij schoot hurkte om onder het prikkeldraad door te kruipen. De maat van mijn pa verdween in het niets.

Pa werd aan een verhoor onderworpen door de commiezen. Ze wilden weten wie die andere persoon was. Hij heeft dat niet vertelde. Hij zei dat hij alleen was. Hierop hebben de commiezen een ladder opgehaald van de boerderij (Nu Olde Meierink Bouwburo.) aan de overkant van de Tiekenveenweg, hebben pa daarop gelegd en hebben hem naar de boerderij gebracht. Deze boer had de bijnaam “de Kiviet. Meerder keren werd door de commiezen aan pa gevraagd wie zijn “Kompel” was.

Hij heeft volgehouden dat hij alleen was. Telefoonverbindingen waren slecht in die tijd. Andere vormen van communicatiemiddelen waren er nauwelijks. Al met al duurde het 4 uur voordat hij in het ziekenhuis in Enschede terecht kwam. Mijn moeder vertelde me later dat ze in de ziekenauto waarmee Pa vervoerd was was meegereden en toen ze vlak bij het ziekenhuis waren had gezegd: “Hannes we zijn er bijna. Alles komt goed.” Hierop had pa gezegd: “Nee Lum 't is afgelopen met mij.” Even later is hij op de operatietafel gestorven. Zijn darmen en lever waren door het schot geperforeerd.” 

Dit voorval deed de gemoederen in het grensdorp Overdinkel flink oplaaien. Een dorp van smokkelaars was diep in haar ziel getroffen. Doodgeschoten voor 25 kilo koffie. “Die commies moesten ze ik weet niet wat doen.” Omdat de douane grote rancuneuze problemen voor de betrokken commies voorzag is hij direct overgeplaatst naar een voor de bevolking onbekende bestemming.

Jaap Ekkelboom vervolgt: “Mijn moeder had veel verdriet. Haar man overleden op 52 jarige leeftijd en de sociale voorzieningen waren nog niet wat ze later waren. Gelukkig werd ze door de familie goed opgevangen en had ze alle steun van haar kinderen. Toen kwam de begrafenis. Het smokkeldorp Overdinkel liep uit. Ik weet nog goed dat dominee van Doorn een grafrede hield. Eén zin uit die rede zal ik nooit vergeten. “Ik geef een eresaluut aan Johannes Ekkelboom. Hij heeft de ongeschreven code dat je je “Kompel” niet verraadt, geen geweld aangedaan.”

Hij was een smokkelaar

De Kivik.

Noot auteur: Navraag bij de Henk Olde Meierink leert dat zijn opa de bijnaam “De Kivik” had. De bevolking van Overdinkel dacht dat het de Kieviet was. Voor dat de opa van Henk in Overdinkel  terecht kwam woonde hij in Beuningen op een boerderij die de naam “De Kivik” droeg. 

Saillant detail: “De auteur van dit verhaal is een kleinzoon van Hannes en Lum. Zoon van Koopje Ekkelboom die gehuwd was met Kasper Nanne Smit. Toen opa Hannes overleed was hij 77 dagen oud. Zijn vader was op de boot onderweg naar Indië als dienstplichtig militair. Drie jaar later keerde hij terug.”

Auteur: Sietse Smit.

afbeelding van Sietse Smit

Door: Sietse Smit

Redacteur, schrijver en regisseur.